Tibet

13 november 2015 - Kathmandu, Nepal

Tashi Delek lieve vrienden en familie,

Wow één van mijn dromen is in vervulling gegaan, ik heb een reis door Tibet gemaakt! Iets waar ik als tiener al van droomde na het zien van ‘Seven years in Tibet’. En ik kan je zeggen, het was FANTASTISCH! Het was een rib uit mijn lijf en het zorgt ervoor dat ik nu enkele maanden korter kan reizen, maar het was die rib wel waard ;) Hieronder mijn verslag van deze bijzondere reis.

Lhasa (3650 m)
Zaterdag 3 oktober 2015 was de dag; we zouden in de ochtend richting Lhasa vliegen! De spanning begon toe te nemen…hoe zou het daar zijn? Hoe ziet het er daar uit? Lopen er alleen Chinezen of ook nog Tibetanen? De vlucht schijnt nogal eens vertraging te hebben, maar gelukkig viel het dit keer mee. Het was prachtig helder weer, betere vliegomstandigheden konden we ons niet wensen. Nadat Dorien iedereen met bagage zorgvuldig had ingecheckt en we door de controle waren, konden we even met z’n alle gaan zitten en kregen we een update over hoe de komende dag/dagen eruit zouden gaan zien. En ook bereidde ze ons voor op eventuele hoogteziekte. Het vliegtuig was zo goed als leeg en de meeste van ons konden een plekje bij het raam bemachtigen. Het was maar een kort vluchtje, maar tijdens dit korte vluchtje vlogen we wel over de Himalaya en omdat het zo helder was, konden we genieten van het uitzicht op de hoogste berg van de wereld, de Mount Everest! Helaas zat ik aan de verkeerde kant van het vliegtuig… In Tibet aangekomen moesten we eerst in een rij gaan staan en op volgorde door de paspoort controle, dit ging best vlotjes. Vervolgens moesten alle koffers door een scanner. Kathy is er nog even uitgepikt en werd gecontroleerd, na een vreemde blik op de ‘Happinez’ mocht ze toch door zonder iets af te hoeven geven. Tibet is tegenwoordig een autonome regio van China (in plaats van een onbezet en vrij land) en de Chinezen controleren alles flink. Je mag bijvoorbeeld geen afbeelding van de Dalai Lama bij je hebben en ook de Lonely Planet kan afgepakt worden… Gelukkig kwam iedereen ongeschonden door de controle heen! Bij de aankomsthal stond onze Tibetaanse gids Pubu al op ons te wachten. We werden naar de bus begeleid waar we kennismaakte met onze chauffeur voor de gehele reis, Kelsang. En natuurlijk werden we verwelkomd met witte Tibetaanse sjaaltjes, wat leuk! Na een korte stop bij de bank zodat iedereen kon pinnen, werd de koers op Lhasa ingezet waar we ongeveer 1,5 uur later aankwamen. Onderweg maakte we al kennis met het lege, ruige landschap wat prachtig is en waar je uren naar kunt kijken. Voordat we Lhasa in konden was er nog een controle en we konden hier ook duidelijk de Chinese propaganda aanschouwen. Er hing een hele grote poster met de belangrijkste Chinese heersers van afgelopen decennium, geheel in communistische stijl. Verder doet Lhasa ook heel erg Chinees aan, overal hangen Chinese lampionnen en vlaggen en het is gewoon een grote moderne stad met brede boulevards, grote winkels en immens lelijke gebouwen. Smaak hebben ze niet echt… Tijdens de busreis naar ons hotel, die gelukkig in het Tibetaanse gedeelte van de stad stond, kwamen we nog langs het prachtige Potalapaleis. Echt gaaf! In het hotel werden de kamers verdeeld en spraken we een tijd af om samen te dineren. Ik merkte toen we aan tafel zaten dat ik echt wat wazig werd in mijn hoofd, ik kon gesprekken niet zo goed meer volgen en was wat afwezig. Toch die hoogteziekte… Apathisch als ik was, heb ik zonder gedag te zeggen de tafel verlaten en ben maar gauw naar bed gegaan.

De volgende ochtend had ik nog wat last van hoofdpijn, dus bij het ontbijt gauw wat paracetamols genomen en we moesten heel veel drinken! Water dan hè?! Na het ontbijt werden we door Dorien en Pubu meegenomen naar de Jokhang tempel. De tempel lag om de hoek van het hotel, dus we konden er lopend heen. Maar om het Barkhor plein überhaupt op te mogen, moet je weer eerst door een controle en je tas moet door een scanner. Nu heb ik niet het idee dat ze heel erg veel aandacht aan ons als toeristen besteden, de Chinezen richten hun aandacht vooral op de Tibetanen. Ze zijn namelijk bang voor protesten of dat mensen zichzelf in brand steken om zo politieke aandacht te vragen. Zo zie je dan ook een bak met allemaal aanstekers bij het checkpoint liggen en op het plein zelf heb ik regelmatig Chinese politie met brandblussers op hun rug zien rondlopen (en hier stiekem een foto van gemaakt!). Het is een drukke bedoening in de ochtend op het Barkhor plein, de Jokhang tempel is namelijk in de ochtend toegankelijk voor de lokale bevolking. Vele pelgrims lopen kloksgewijs de kora rondom de tempel, sommige met gebedsmolentjes van verschillende soorten en maten al draaiend in hun hand en bij anderen glijdt al mantra prevelend de gebedsketting door de vingers. Weer anderen werpen zich op de grond, het zogenaamde prostreren. En daar zijn er echt veel van te zien! De meeste hebben een vast plekje en hebben een kussen voor zich liggen, waar ze zich op laten vallen. Je hebt speciale verlengstukjes voor je gebedsketting waarop je de tel op kunt bijhouden, maar sommige hebben een digitale teller in de vorm van een ring om hun vinger zitten. Tsja ook de Tibetanen gaan natuurlijk mee met hun tijd! Anderen lopen al prostrerend rondom de tempel en liggen gewoon op de grond en zitten dan ook onder de stof. Het is super mooi om deze mensen zo bezig te zien, in hun volledige overgave aan hun geloof. Nadat wij onze ogen uit hadden gekeken op het plein, betraden we dan de Jokhang tempel. Deze tempel werd in de 7e eeuw gebouwd door de eerste boeddhistische koning van Tibet, Songtsen Gampo. En in de tempel staat het meest heilige beeld van Tibet, Jowo Sakyamuni. Het is een standbeeld wat verondersteld wordt Gautama Boeddha uit te beelden op 12 jarige leeftijd. Ik moet eerlijk bekennen dat ik nu met terugwerkende kracht het aanschouwen van dit beeld me niet meer kan herinneren…. Maar dat komt denk ik omdat ik echt overweldigd was door de vele beelden. Helaas mochten er binnen geen foto’s gemaakt worden, dus ik zal het in woorden proberen uit te leggen. We kwamen na eerst de binnenplaats te hebben gezien in een grote centrale hal waar de monniken samen komen om te bidden. Daar stonden meteen al 3 hele grote gouden beelden en Pubu vertelde dat het de boeddha’s van het verleden, het heden en de toekomst waren. Ho even wachten…wat zeg je daar? Er is toch gewoon maar 1 Boeddha?! Nou nee hoor, verderop in de hal stonden nog vele andere beelden en dat waren allemaal verschillende soorten boeddha’s. Mijn hoofd duizelde van deze info, of was het de hoogteziekte?! Na een rondleiding door de tempel kwamen we aan op het dakterras en hadden we mooi uitzicht over het hele Barkhor plein waar we van bovenaf al die prostrerende mensen konden aanschouwen. De rest van de middag was vrij ter besteding en na nog een hapje en drankje met een deel van de groep, trokken Anke en ik ons eigen plan. We liepen ook de kora rondom de tempel en gingen door de smalle kronkelende straatjes. Hier kwamen we nog enkele tempeltjes tegen, waar we even binnen hebben lopen neuzen. Je ziet dan mensen geld offeren, maar ook etenswaren en yakboter om de boterlampjes brandend te houden. Om foto’s te mogen maken moest je een kleine donatie doen. Maar toen Anke en ik naar een monnik liepen om hem ons geld te overhandigen, ontstond er wat onduidelijkheid. Er stond namelijk een grote bak met heel veel briefjes kleingeld en hij ging in die bak lopen graaien en gaf ons vervolgens het zelfde bedrag, maar in kleine briefjes terug! De lokale bevolking doet dit namelijk zodat ze bij elk beeld wat geld kunnen offeren en in elke tempel en elk klooster zie je dan ook een monnik zitten bij zo’n bak met geld. De omwissel-monnik ;) We maakten hem duidelijk dat hij het geld mocht houden, maar ik heb wel even 1 van die kleine briefjes geld meegenomen voor mijn collectie (nerd!). Vervolgens wilde we graag het nonnenklooster bezoeken, maar deze was nogal lastig te vinden. Ook Jos en Carola waren ernaar op zoek en na een paar keer de weg vragen stonden we opeens voor een moskee. Haha nee dat bedoelde we niet! Natuurlijk hebben we het klooster uiteindelijk gevonden! Het was vrij klein en we liepen een beetje doelloos rond zo zonder gids. We hebben zelfs even langs de vertrekken van de nonnen gelopen en we werden door een lieve non uitgenodigd om binnen te komen. Ze had een klein kamertje wat bijna voor de helft werd ingenomen door een altaar met allerlei beeldjes en afbeeldingen. We mochten plaats nemen op haar bank/bed en we kregen een snoepje. Ze sprak totaal geen Engels en met handen en voeten probeerden we toch wat dingen aan haar te vragen en we lieten ook nog wat foto’s zien van ons leven in Nederland. Het was een bijzondere ontmoeting. Anke en ik hadden er nog geen genoeg van en dus besloten we nog een andere tempel te bezoeken en hier hebben we ook aan de gebedsmolens gedraaid. Buiten op de stoep zat een lief oud mannetje en hij had een doosje vast met daarin as en dat stopte hij af en toe in zijn neus! Heel raar haha en omdat hij geen Engels sprak is het me nog steeds onduidelijk wat daarvan de bedoeling is. Maar hij wilde wel even met me op de foto de schat!

Drepung en Sera kloosters
De volgende dag hebben we in de ochtend het Drepung klooster bezocht. Het Drepung klooster is een van de grote drie gelug-kloosteruniversiteiten van Tibet. De andere twee zijn Ganden en Sera. Het is het grootste klooster in Tibet en is prachtig gebouwd op de heuvel van de Gambo Utse-berg. Voor de invasie in 1959 waren er 15.000 monniken in het klooster. Tegenwoordig is het klooster veel kleiner met een paar honderd monniken. Bij een klooster denk ik aan 1 gebouw, maar dat is hier niet het geval. Het is een aaneenschakeling van gebouwen, zo heb je de keuken met gigantische vaten om boerthee in te koken, de slaapkamers van de monniken en de verschillende hallen waar allerlei boeddha beelden staan en er weer geld en etenswaren worden geofferd. En hier zagen we onze eerste yaks! Wat een geinige beesten! Vervolgens bezochten we het Sera klooster en bijzonder hier was dat ze nog mandala’s gemaakt van zand hadden geconserveerd. Super mooi om te zien. En het allerleukste was dat ’s middags op het binnenhof van dit klooster de monniken bijeen komen om te debatteren of discussiëren over wat ze geleerd hebben. Eén monnik zit er op de grond en moet de stelling beantwoorden, de ander staat en klapt druk in zijn handen en geeft zo aan of de stelling juist is beantwoord of niet. En natuurlijk roept hij de stelling. In India had ik dat al eens met Amber gezien, maar het was nog steeds erg bijzonder om dit te mogen meemaken. Het trok wel vele toeschouwers, de monniken werden er helemaal door omringd, maar ze lieten zich er niet door afleiden.

Die avond zijn Kathy, Rembert, Anke en ik nog naar het plein voor het Potalapaleis gelopen om het Potala bij nacht verlicht te kunnen zien. Ook Jos en Carola liepen er rond! Op het plein stonden een soort carnavalswagens, alhoewel ze niet bewogen. Het is de Chinese manier om te laten zien hoe geweldig hun land is. Ik vind het weer vooral erg lelijk… Gekke kermis attractie!

Potalapaleis
Op onze voorlopig laatste dag in Lhasa bezochten we het beroemde Potalapaleis. Het paleis is gebouwd op een plek waar mogelijk in de 7e eeuw een burcht was gebouwd door Songtsen Gampo. In 1648 werd door de 5e Dalai Lama het zogenaamde 'Potrang Karpo' of 'witte paleis' gebouwd. Deze Dalai Lama gaf het de naam Potala naar het Potolaka, de naam voor het mythische paleis van de boddhisattva Avalokiteshvara. Hij gaf ook opdracht tot de bouw van het 'Potrang Marpo' of 'rode paleis', maar dat werd pas afgebouwd na zijn dood. De dood van de 5e Dalai Lama werd geheim gehouden tot de bouw klaar was. Na de bekendmaking is hij begraven in dit nieuwe paleis. De laatste verandering vond plaats in 1922 toen 13e Dalai Lama veel renovaties doorvoerde en twee verdiepingen bijbouwde. Het is het meest karakteristiek bouwwerk van Tibet, het dak is verguld en kan op kilometers afstand worden gezien. Tot 1959 leefden de Dalai Lama's 's winters in de hoogste verdiepingen van het Rode Paleis, waar altaren en grafstupa's voor inmiddels 8 lama's gebouwd zijn. Ook hier was het niet toegestaan om foto’s te maken helaas… Maar ik kan jullie wel vertellen dat het wederom overweldigend was. Het meest bijzondere vond ik om de kamer van de Dalai Lama te zien. Dat je op dat moment gewoon beseft dat hij nooit meer zijn eigen slaapkamer zal betreden, terwijl elke dag hordes toeristen er langs lopen. En dat hij daar in alle rust zat te mediteren en te studeren, daar als kleine jongen al rondliep. Net als alle 13 eerdere Dalai Lama’s voor hem. Een heel gek besef en de tranen sprongen in mijn ogen… Verder was ik vooral verbaasd over al het pracht en praal! Het is niet normaal om die grafstupa’s te zien, die van de 5e Dalai Lama is het grootst (omdat hij de belangrijkste was) en is wel 15 meter hoog en versierd met 4000 kg goud, diamanten, turkooizen, koralen en parels! Nou dacht ik dus dat het boeddhisme een sobere overtuiging was en dan zie je opeens dit! Het is niet veel anders dan alle schatten van het Vaticaan. En al die mensen die er bergen geld neergooien, als offergave. Je ziet monniken met een iPhone. Ik vind dit toch erg onwerkelijk allemaal…

Na een bezoekje aan de binnenkant, zijn we verderop naar een bekend fotopunt gelopen om nog wat foto’s te maken van de buitenkant. En hier zagen we allemaal Chinezen in de weer met briefjes geld en hun fototoestel. We snapten er niks van. Nieuwsgierig als ik ben, ga ik dan toch gewoon vragen wat ze nou in godsnaam aan het doen zijn. Toen bleek dat op een briefje van 50 Yuan het Potalapaleis stond afgebeeld en dat ze dus een heel artistieke foto probeerde te maken, met de helft van het briefje aan één kant en het Potala op de achtergrond aan de andere kant. Ik heb het dus ook maar even geprobeerd, toch wel geinig! Dat kunnen ze dan wel weer die Chinezen ;)

Yambulagang en Samye (3550 m)
We verlaten Lhasa en gingen op weg naar het dorpje Samye. Onderweg stopten we om te plassen op een gave plek. Langs een meer, met de bergen op de achtergrond en de gebedsvlaggetjes druk wapperend in de wind. Gauw even wat foto’s maken voordat ik naar het toilet ga. En die toiletten hier, je wilt niet weten hoe die er soms uitzien en stinken. Even een stukje toilet verhalen… Ik dacht dat ik na India het ergste wel had meegemaakt, nou nee hoor, de Chinese toiletten zijn nog vreselijker! Ten eerste is er vaak geen riolering aanwezig, waardoor je dus gewoon boven een gat hangt en onderin zie je dan de stront van de voorganger nog liggen. Je kunt je dan ook wel voorstellen dat zoiets mega stinkt, soms tot het kokhalzen aan toe… In Lhasa hadden we ook al kennisgemaakt met de ‘public toilets’ daar en dat is ook geen pretje. Deze kunnen dan wel weer doorspoelen, maar ja soms ook gewoon niet… De stront komt nog net de hurkpot niet uitgekropen zeg maar… En dan hebben we nog de ‘we-plassen-gewoon-gezellig-samen’ toiletten, wederom meerdere gaten in de betonvloer, dus zonder riolering, maar nu zonder afscheiding. Je zit dus lekker gehurkt naast elkaar en luistert naar het rustgevende kletteren van je buurvrouw. En de allerergste is wel de ‘lange-goot-toilet’! Dit is een heel lang gat in de betonvloer waar je achter elkaar moet gaan staan in plaats van naast elkaar, je zit dan dus als je niet uitkijkt met je neus in de bilspleet van de voorganger… Je kunt je voorstellen dat ik het soms verkoos om achter een bosje of boom te gaan zitten! Goed genoeg over toiletten… We reden vervolgens door naar de lunchplek, we hadden een picknick lunch bij een klein tempeltje met alvast een mooi uitzicht op wat komen zou, het Yambulagangpaleis. Volgens een legende van volgelingen van de bön-religie (een vorm van boeddhisme die is ontstaan naast en onderscheiden moet worden van alle vormen van het Tibetaans boeddhisme) is Yambulagang het eerste gebouw van Tibet. Het is gebouwd in de 2e eeuw v.Chr. voor de eerste Tibetaanse koning, Nyatri Tsenpo. Later werd Yambulagang een zomerpaleis van de 33e koning Songtsen Gampo. Tijdens de Culturele Revolutie is het bouwwerk voor een groot deel verwoest. Nu is het weer in zijn oorspronkelijke staat hersteld en wordt het gebruikt als tempel. We hadden echt mega geluk, want toen we er aankwamen was er net een ceremonie bezig. Het is maar een klein knus tempeltje en er zaten twee monniken, één prevelde gebeden op wat bijna klonk als een lied en de andere begeleidde hem door te slaan op een soort gong. Het was heel bijzonder om hier deel van te mogen uitmaken en je voelt dan als het ware de sereniteit. Hierna zijn sommige van ons nog een klein stukje de berg op gegaan om van het uitzicht over de vallei te genieten, maar vooral om foto’s te maken met al die kleurrijke vlaggetjes die er hangen. Ik geloof dat ik, waarschijnlijk tot vervelens toe voor jullie, heel veel foto’s heb waar die vlaggetjes wel in voorkomen. Ik vind ze ook gewoon zo mooi! :D Het bezoekje aan Yambulagang behoort tot één van de hoogtepunten van de reis!

Na dit bezoekje moesten we terug naar een checkpost, die eerder die ochtend dicht was, om een stempel te halen voor onze permit om dat gebied te mogen betreden. Er mocht iemand mee naar binnen en ik was er als de kippen bij haha, dus ik mocht mee van Dorien! Het kon er namelijk nogal eens spectaculair aan toegaan had ze verteld. Vorige keer ging de Chinese ambtenaar helemaal uitleggen dat als er iets was ze hem konden bellen en dat wij als toeristen de gebruiken misschien niet zo goed kennen en begrijpen blablabla… Dit keer was hij dus kort en bondig. Bij terugkomst in de bus vroeg iedereen natuurlijk hoe het was en ik heb verteld dat het Chinese volkslied werd gespeeld en ik met hem op de foto moest whahaha! Voor degene die dit lezen en me destijds geloofden: GRAPJE!

In Samye hadden we een prima hotel en Dorien kende daar een leuk Tibetaans eettentje. We hebben daar die avond gegeten en het was heerlijk. Er kwamen allerlei bakjes op tafel te staan, met lekkere gerechtjes. Smullen hoor!

Na ook een prima ontbijtje daar, stapten we weer de bus in voor een bezoekje aan een nonnenklooster en aan de Chimpuk meditatiegrotten. In het klooster konden we het ochtend ritueel van de nonnen aanschouwen. Ze bidden samen, wat gepaard gaat met het luiden van belletjes en het blazen op schelpen en een soort hoorns. De nonnen waren een beetje verlegen en wilde liever niet op de foto. Soms stopten ze even en dronken ze wat yakboterthee en aten ze wat tsampa (meel van geroosterd gerst) gemengd met wat boter. Ik had wat oogcontact met één van de nonnen en opeens bood ze me dus zo’n bolletje tsampa aan. Tsja het is onbeleefd om te weigeren natuurlijk, dus ik pakte het aan en stopte er voorzichtig een stukje van in mijn mond. Echt lekker was het niet, gewoon een beetje een droog deeg… Maar het was ook niet vies, dus ik heb het netjes opgegeten. Vervolgens bood ze me weer iets aan en ik dacht dat het weer zo’n bol tsampa deeg was… Ik probeerde beleefd af te slaan, aangezien dat deeg als een blok op mijn maag was gevallen. Ze bleef echter aandringen, dus heb ik het toch maar aangepakt. Bleek het gelukkig een lekker sappig mandarijntje te zijn :) Na dit bezoekje begon een pittige klim richting de meditatiegrotten en het tempeltje boven op de berg. Het was een prachtige wandeling die ik samen met Bart voorop liep, aangezien onze nog jonge benen wat sneller liepen. Boven aangekomen konden we in het zonnetje genieten van wederom een prachtig uitzicht over de vallei. Ook vandaag hadden we een picknick lunch en die hebben we met de groep zitten nuttigen in het tempeltje bovenop die berg.

In de middag hebben we nog het klooster van Samye bezocht. Dit is het eerste boeddhistische klooster dat in Tibet werd gebouwd. Het werd gebouwd als een complex van gebouwen die een centrale tempel omringen. Het complex heeft daarmee de vorm van een mandala. Wat me vooral bijstaat aan het bezoekje aan dit klooster is dat er een beeld was te zien van de ‘Tantric Buddha’. Je ziet dus een boeddha zitten en bovenop hem zit een vrouw. Nu was ik wederom in de war, want wat heeft tantra en boeddhisme nu met elkaar te maken? Pubu probeerde het wel uit te leggen, iets met dat er 10 levels zijn tot het bereiken van verlichting en dat dan als je het 10e level hebt bereikt dat je dan dus tantra mag praktiseren om zo geheel verlicht te worden. Zelfs Dorien begreep het niet helemaal, dus of dit helemaal juist is weet ik niet… Misschien kom ik er in het klooster nog achter! En verder was er een groot beeld van de ‘Compassion Buddha’ ofwel Avalokiteshvara, deze heeft 11 hoofden, 1000 ogen en 1000 handen. In elke handpalm zit een oog, jaja reken dat dus nog maar even goed na ;P Voordat we weer aan tafel gingen, hebben Anke en ik nog een rondje door het schattige Samye gelopen wat heel plattelands aanvoelt. Koeien lopen door de straten, in steegjes zie je tractoren staan, mensen sjouwen gewassen naar hun huis en ook kuddes schapen worden in de avond weer richting de stal gedreven.

Terug naar Lhasa
De dag erop reden we terug richting Lhasa om daar te overnachten en vanuit daar weer verder te trekken. Tijdens de terugreis kwamen we nog prachtige landschappen tegen! Zo stonden we ineens in de zandduinen en later kwamen we aan bij een prachtig blauw meer waar de zon mooi haar licht op scheen. Ook zijn we nog bij een klein kloostertje, Dorje Thak, gestopt en wederom hadden we geluk, weer was er een speciale ceremonie aan de gang. En deze komt echt maar 1 keer per jaar voor! Wederom heel erg mooi en bijzonder om mee te maken. Op het terrein kwamen we ook nog een vrouw tegen met echt een super grote harige wolf! Zo’n gaaf beest, daar heb ik natuurlijk even mee geknuffeld!

In Lhasa heb ik nog even wat souvenirtjes voor mezelf gekocht, zoals een gebedsketting. Ik wilde eigenlijk niks bij een Chinees kopen, maar na héél lang zoeken kon ik gewoon geen mooie ketting vinden bij een Tibetaan… En eerlijk is eerlijk, al die winkels zijn ook van Chinezen. Kathy heeft wel een Tibetaanse straatverkoopster erg blij gemaakt om daar wat kettingen te kopen, en daarna gaf ze er 1 aan mij. Die zal ik altijd koesteren, dankjewel lieve Kathy!

Tidrum nonnenklooster en de hotsprings
Vanuit Lhasa zette we koers richting het Tidrum nonnenklooster. Tijdens de busreis kwamen we nog door een dorpje, waar we even gestopt zijn om doorheen te lopen. Het dorpsleven was hier in volle gang, sommige vrouwen waren de geoogste gerst aan het wassen in het beekje en anderen waren bezig hun muren te decoreren met yak stront. Vakkundig werd een hoopje stront in de handen genomen, nog wat bevochtigd en gekneed, en daarna met enige kracht tegen de muur gesmeten waar het dan blijft plakken en zo kan drogen. Dit kan dan als het droog is als brandstof worden gebruikt. Na ons hotel met hotspring te hebben bereikt, zijn we in de middag een bezoekje gaan brengen aan het nonnenklooster die ook over hotsprings beschikt. Maar kennelijk zijn deze zo smerig, dat we hier echt niet in willen badderen… Dit klooster vond ik niet zo heel bijzonder. De centrale hal werd compleet gerenoveerd en verder was er in het omliggende complex inderdaad één grote vieze bende en stonk het er naar een openbaar toilet… Vanuit daar hebben we wel een mooie wandeling terug naar de bus gemaakt om vervolgens gauw onze bikini aan te trekken en in de hotspring te duiken! Wat was dit heerlijk zeg! De hotsprings van het hotel zijn wel open voor publiek en dus waren er ook wat Tibetaanse vrouwen die wel wilde badderen, maar niet durfden. Daar zaten wij dan in onze bikini en die hadden zij natuurlijk niet. Het bad werd door een schamel houten wandje verdeeld in een mannen en vrouwen gedeelte en ik kan je zeggen, dat we menige Tibetaanse man door de gaten hebben zien spieken! De volgende keren dat we gingen badderen zijn we uit solidariteit voor de vrouwen toch maar naakt gegaan, tot natuurlijk ook groot genoegen van de mannen…ach ja…

Drigung Til klooster (4100 m)
Vandaag reden we naar het verderop gelegen kloostercomplex van Drigung Til. Het is een geliefde plek voor de zogenaamde sky burials. Van heinde en verre worden overledenen hiernaartoe gebracht. Even een kleine uitleg wat een sky burial is. Het lichaam van de overledene wordt gezien als omhulsel, als je bent gestorven dan reïncarneer je weer in een ander omhulsel. Beter kun je dus iets nuttigs doen met dit omhulsel, zoals het aan de gieren voeren. Na wat ceremonies thuis en het bepalen van de juiste dag om ‘gevoerd’ te worden, wordt het lichaam dan vervoerd naar de plek van de sky burial, meestal boven een klooster. Een monnik zorgt dat het lichaam in stukken wordt gehakt/gezaagd en ondertussen houdt een andere monnik de gieren nog met een zweep op afstand. Op een gegeven moment mogen de vogels zich werpen op dit feestmaal. Het bloed wordt opgevangen en vermengd met tsampa en ook weer aan de gieren gevoerd en de schedel wordt ingeslagen, zodat ze ook de hersenen kunnen oppeuzelen. Je snapt al wel dat we hier niet bij mochten zijn, niet omdat het te confronterend is of een inbreuk op de privacy, maar omdat er domme toeristen zijn die er foto’s van nemen en op social media zetten… Nu moet ik zeggen dat ik het eerst erg jammer vond dat ik dit nu niet kon meemaken, maar nadat ik zojuist tijdens het schrijven van dit verhaal even wat foto’s op Google heb bekeken, is het misschien ook maar beter zo… Goed…Het klooster ligt tegen een bergwand en je hebt weer een mooi uitzicht over de vallei. Helaas was het vandaag mistig en koud! Echt heel koud! Weer maakte we wat bijzonders mee, want net deze week is een monnik die geloof ik afgelopen 8 jaar in een hutje heeft zitten mediteren, afgedaald om zijn kennis te delen voordat hij weer terug gaat naar zijn eenzame bestaan. Het was er erg druk met Tibetanen die overal vandaan kwamen om hem te ontmoeten en een zegening te ontvangen. Na een rondleiding door het kloostercomplex besloten we om niet in de lange rij te gaan staan om deze man te ontmoeten, maar voor Pubu was het natuurlijk wel een big deal. Terwijl wij doorliepen naar de een soort centraal plein, ging hij in de rij staan. We hebben daar op ons gemak al die mooie mensen kunnen bewonderen en toen hij terugkwam hebben we met z’n alle een warme noodle soep op. Je weet wel, zo’n bak noodles waar je heet water overheen gooit. Het was een prima lunch, maar we stonden dus buiten in de kou en het begon gewoon bijna pijn te doen. Na de lunch zouden we terug kunnen lopen richting het hotel, maar het begon nu zelfs een beetje te sneeuwen en ik was zo verkleumd dat ik met een enkeling ervoor heb gekozen terug te gaan naar de bus. We konden ons eerst even opwarmen in de ‘cafetaria’ van het kloostercomplex, waar een grote pot boterthee op een vuurtje stond te pruttelen. Helaas had onze bus geen verwarming en was het er binnen net zo koud als buiten en alsnog moesten we op de groep wachten. Halverwege de wandeling stopte de bus om de afvallers op te wachten en iets verderop stopte hij weer om de rest op te halen. We vroegen heel lief aan Kelsang of hij niet even op en neer wilde rijden, zodat wij vast ons konden opwarmen in de hotspring, maar dat deed hij dus echt niet… Toen hebben we maar besloten om het laatste stukje naar het hotel te gaan lopen, misschien zou ons bloed wat gaan stromen en zouden we opwarmen… Niks was minder waar, ik had het bij aankomst nog vreselijk koud. Echt verrukkelijk om dan in een warm bad te kunnen gaan liggen!

Eigenlijk zouden we in dit kloostercomplex overnachten, lekker met z’n alle op een slaapzaal en zonder wasgelegenheid. Maar tegen wat extra kosten konden we ook nog een nacht bij de hotsprings verblijven. Mij leek het nog wel interessant om hier te overnachten, maar het grootste deel van de groep zag dit echt niet zitten. Heb dus ook maar gestemd op nog een nacht bij de hotsprings en daar was ik achteraf zelf ook wel blij om hoor! En ik had natuurlijk geen zin en een stelletje chagrijnige bejaarden whahahaha!!! Geintje jongens, geintje! ;P

Ganden (4500 m)
Wow de kora van Ganden lopen, ook echt een hoogtepunt van de reis! Tijdens deze pelgrimsroute van een uur hadden we een panoramisch uitzicht over Tibet. Maar het allermooiste was nog mijn ontmoeting met een heel bijzondere hond. Ik was even los van de groep, aan het begin van de kora, een andere kant een bergje opgelopen om een foto te kunnen maken van de vlaggetjes (jaja altijd die vlaggetjes). En daar ontmoette ik een hond die daar op zijn gemakje, uit het zicht van alles en iedereen, lag. Ik heb een foto van hem genomen en ben snel terug richting de groep gegaan. Toen we al een tijdje aan de wandel waren, komt opeens die hond voorbij gelopen. Hij vroeg helemaal niet om aandacht of om eten. Hij liep daar gewoon en stopte zo af en toe en dan keek hij zo de vallei in. Helemaal in zijn element. Als ik voorbij liep gaf ik hem natuurlijk toch af en toe een knuffel. Na een tijdje liep hij dan weer verder… Bart heeft hier een prachtige foto van genomen, van het moment dat ik even naast hem neerkniel, hem knuffel en we samen van het geweldige uitzicht en van het moment aan het genieten zijn. De foto ontroerd me enorm en brengt tranen in mijn ogen. Bedankt Bart voor dit eeuwige aandenken! Na deze spectaculaire wandeling bezochten we ook het klooster en daarna lunchten we daar nog. Op de heenweg kwamen we al een horde honden tegen die we onze koekjes hebben gegeven, maar toen ik zag dat er zoveel van de lunch overbleef heb ik om een plastic zakje gevraagd en van alles verzameld. De honden waren er volgens mij wel blij mee!

Vervolgens reden we naar Lhasa en was de middag vrij om te besteden en ben ik even in een koffietentje gaan zitten met mijn laptop. Ik dacht dan ga ik vast beginnen aan mijn blog…maar daar kwam weinig van terecht. Aan een tafeltje naast me zaten 2 Chinese zusters en een Chinese dokter, ze waren collega’s van elkaar in het ziekenhuis. Eén van die meiden sprak goed Engels (dat was ook voor het eerst!) en vroeg of ze met me op de foto mochten. Maar natuurlijk! En dit was mijn kans om eens aan een Chinees te vragen hoe hij/zij nou dacht over de huidige situatie. We hebben dus heel lang zitten kletsen en het was heel erg interessant om het gehele verhaal eens vanuit een Chinees perspectief te bekijken. In China is er geen persvrijheid, Facebook en Google worden geblokkeerd en op school leren ze ook iets anders over de Culturele Revolutie in 1959 dan zoals wij die kennen. In de Chinese opinie is Tibet niet bezet, maar juist bevrijdt van de Dalai Lama. Dit meisje, Holly, wist me dan ook te vertellen dat de Dalai Lama slaven had en de huid van slaven gebruikte om lampenkappen en trommels van te maken! De waarheid even terzijde gelaten… Het is waar dat er in Tibet, voor de Chinese bezetting, nog horigen waren, zoals wij die ook in de middeleeuwen hadden. Het grootste deel van het grondbezit in Tibet was verdeeld onder de kloosters, adel, regering en persoonlijke huishoudens zoals bijvoorbeeld die van de Dalai Lama. En op dat land werkten de horigen dan. Dus ja er was sprake van een nog enigszins middeleeuwse samenleving voor de bezetting, maar dat verhaal over die huiden geloof ik niet! Verder werd me tijdens het gesprek duidelijk dat Chinezen en Tibetanen wel goed samengaan tot bepaalde hoogte. Ze zitten bij elkaar in de klas en kunnen vrienden zijn. Maar toen ik vroeg of het was toegestaan om met een Tibetaan te trouwen, kwam er een gezicht vol ontzag tevoorschijn en riep ze hard ‘nee want ze zijn smerig’! Ze moest er gewoon echt niet aan denken! Voor haar zijn de Tibetanen natuurlijk geen onderdrukt volk, maar gewoon een andere etnische groep in haar land. Zo vertelde ze me dus ook dat ze wel eens Tibetaanse patiënten heeft in het ziekenhuis die de medische kosten niet kunnen betalen. Ze zegt dat dat komt omdat ze niet zo hard werken als Chinezen, want ja ze werpen zich de hele dag op de grond voor een tempel of lopen rondjes eromheen met hun gebedskettingen. En ze doneren al hun geld aan al die kloosters. Nou moet ik zeggen, dat ik dus ook geschrokken was over de stapels geld in al die tempels en kloosters. Dus ik kan het vanuit haar standpunt wel enigszins begrijpen… Dat wil nog niet zeggen dat de bezetting gerechtvaardigd is en China Tibet niet zijn eigen ontwikkeling had moeten laten doormaken. Het is ook waar dat China veel geld in Tibet pompt en zorgt voor meer welvaart. Iedereen heeft stromend water en elektriciteit in zijn huis, er zijn goede snelwegen en er worden spoorwegen aangelegd, er zijn moderne medische voorzieningen. Dit bevordert de levenskwaliteit natuurlijk wel. Maar er zijn ook overal controles, camera’s en afluisterapparatuur. De Tibetanen mogen geen afbeelding van de Dalai Lama en ze kunnen niet vrijuit praten over de ‘bezetting’. Ze mogen hun geloof wel uitoefenen maar niet in de mate die ze zelf zouden willen. China heeft zelfs zijn vinger in de pap wat het boeddhisme betreft. Hoewel ze de Dalai Lama niet erkennen, hebben ze wel een Pänchen Lama (na de Dalai Lama de hoogste spirituele leider) aangesteld, nadat de door de Tibetanen gekozen Pänchen Lama is ontvoerd en nog steeds niemand weet waar hij is. De door de Chinezen gekozen Pänchen Lama (wel een Tibetaans jongetje) wordt in China voorbereid op zijn leiderschap en krijgt daar les in het boeddhisme. De vrees van de Tibetanen is dat dit natuurlijk met de menige Chinese indoctrinatie is. Als de Dalai Lama komt te overlijden, zal er gezocht worden na een reïncarnatie en de Pänchen Lama moet bevestigen dat het dan echt de reïncarnatie van de Dalai Lama is. Zal hij voor een Chinees kiezen in dat geval? Heel het systeem waar ze heilig in geloven kan zomaar een totaal andere wending krijgen. De Dalai Lama heeft daarom ook al eens gezegd dat hij misschien wel niet opnieuw reïncarneert. Tsja…de situatie is lastig en het is niet zwart-wit. Maar hoe je het ook wend of keert, de Tibetanen blijven een onderdrukt volk.

Gyantse (3950 m)
Dit keer zette we koers richting het westen van Tibet en gingen we op weg naar Gyantse. Dit was echt een prachtige busrit, we klommen langzaam omhoog naar de eerste pas, de Kamba-la (la = pas), op 4794 meter van waaruit we het Yamdruk Tso meer al konden zien liggen. Na een lichte daling reden we langs de oevers van dit langgerekte heilige meer. Dit meer is echt onbeschrijfelijk mooi en zo azuurblauw van kleur. Met de bruingele aarde en de besneeuwde bergtoppen op de achtergrond… Kan gewoon niet zo goed in woorden beschrijven hoe mooi ik dit vond! Hierna leidde de weg ons opnieuw de bergen in en we passeerden de Karo-la, die 5010 meter hoog is. Verder werden we nog eens extra getrakteerd tijdens de busrit, want we spotten niet alleen de blauwschaap maar ook de schattige pica! En onderweg kocht Dorien nog yak kaas van een vrouwtje langs de weg, dit was zo hard dat je het even in je mond moest laten smelten. Je kon er bijna onmogelijk een stukje vanaf bijten om te proeven. Kaas is niet helemaal mijn ding, zoals jullie weten, maar ik heb toch een stukje geproefd. Het was niet lekker, maar ook niet echt vies…

Gyantse is een gemoedelijk plaatsje, de meeste huizen zijn in Tibetaanse stijl gebouwd en het dagelijks leven is nog zeer traditioneel. Via een zanderige hoofdstraat, waar de koeien gewoon voor de deur staan en liggen, leidde Pubu ons naar het Palkhorklooster, dat gedomineerd wordt door de Kumbum-stupa van zeven verdiepingen hoog. Helaas stond deze in de steigers. Hier kregen we wederom een rondleiding en stelde ik zoals altijd vragen aan Pubu. Ik was in een kritische bui en vroeg waarom al die monniken nou een mobieltje hebben, is dat nou toegestaan? Ik moet straks in het klooster alles afgeven namelijk. Volgens Pubu heb je dus goede en minder goede monniken zullen we maar zeggen en veel heeft ook te maken met de leider van het klooster op dat moment. Toen hij zo aan het vertellen was, kreeg ik opeens het idee dat hij misschien wel eens ooit een monnik geweest zou zijn. Dus zonder verder nadenken flap ik die vraag eruit en ja hoor, Pubu was ooit een monnik. Voor 4 jaar als ik me goed herinner. Daarom weet hij zoveel natuurlijk! Het is ook echt een schat van een man! Niet dat dat er perse wat mee te maken heeft, maar wilde het gewoon even zeggen haha…

Dorien vertelde ons dat je in de omgeving van Gyantse prachtige wandelingen kunt maken, en dus zijn Anke, Kathy en ik dat in de middag gaan doen. Na wat dwalen door de straatjes kwamen we dan op de kora terecht. En die zijn we toen maar gaan lopen. Tijdens die wandeling hebben we zoveel honden gezien, niet normaal gewoon! Daar lag een nest pupjes, een paar meter verder een roedel honden en verderop weer een nest. Er liep ook een man de kora en hij gaf de honden te eten. Het was duidelijk dat de honden hem herkende, dus ik hoop maar dat hij dat regelmatig doet. Natuurlijk zijn onze koekjes ook weer aan de honden opgegaan… We kwamen tijdens de wandeling nog bij een ander tempeltje en vanuit daar hadden we een mooi uitzicht op het fort van Gyantse. Er was een moeder met een kindje aan het prostreren en ik dacht laat ik dit eens leren. Ik ben naast dat kindje gaan staan en heb gewoon nagedaan wat zij deed. Daar lagen we dan met z’n drieën op de grond… Ze keek me wel een beetje vreemd aan haha! Terug in Gyantse hebben we nog even een marktje bezocht en wat lekkere dingen gekocht voor onderweg in de bus.

Naar Sakya (4050 m) via Shigatse (3800 m)
In anderhalf uur reden we naar Shigatse, waar we opnieuw een stempel voor onze permit moesten hebben. Gelukkig was dit snel geregeld! Tibets tweede grote stad heeft door de recente migratie van Chinezen langzaam haar Tibetaans karakter verloren. En dat was goed te zien, wat een vreselijke karakterloze stad zeg… Toch zijn delen van de stad nog heel Tibetaans en is het Tashilhunpo klooster misschien wel het allermooiste in zijn soort. Het klooster is een populair pelgrimsoord en een stad op zich: er wonen nog zo’ n 800 monniken. Het was wederom mooi om door dit klooster complex te worden geleid, maar ik begon ondertussen wel een beetje tempel/klooster-moe te worden en kon mijn interesse niet meer opbrengen voor de vele gouden beelden. Op een muur kon je nog leuzen zien van toen de Chinezen tijdens de Culturele Revolutie vele tempels en kloosters vernielden. Het was geschreven op een mooi versierde muur en ze konden de leuzen dus niet goed verwijderen zonder ook niet de daar onderliggende beschilderingen te beschadigen. Zonde… Ook hier waren in de tuin wat debatterende monniken te aanschouwen, hoewel ze wel minder fel waren dan in Sera.

Na de lunch vertrokken we naar Sakya waar we eind van de middag aankwamen, wat dan wel weer een karakteristiek stadje is. Sakya betekent ‘grijze aarde’, het klooster en de gebouwen eromheen zijn grijsblauw geschilderd met brede verticale witte en rode strepen. Na het diner vertelde Dorien dat er wat karaoke-barretjes zitten in de straat. Nou ben ik altijd wel in voor een biertje en wat lol en dus besloot ik met een paar mensen een bar te gaan opzoeken. Helaas was het nog vroeg, dus in de karaoke-bars was er niemand. Maar uiteindelijk vonden we een leuk kroegje waar we wat drankjes hebben gedaan. Heel vreemd was dat je dan mini glaasjes krijgt, shot glaasjes zeg maar. En dan kun je dus een blikje bier op die manier met je vrienden delen. Na wat drankjes besloten we verder te gaan kijken, misschien was er nu wat te doen in een karaoke-bar. We liepen er dus een binnen en eigenlijk haakte iedereen af, behalve Bart en ik. Wij zijn gebleven en zijn aan het eerste het beste tafeltje aangeschoven bij een stel Tibetanen. Heel de tafel stond al vol met blikjes bier en we kregen een glas en die werd continue gevuld. Zingen heb ik maar niet geprobeerd, hoewel ze speciaal voor ons wel wat Engelstalige liedjes opzette. Toen zijn we een tafeltje opgeschoven en kwamen we bij 3 jongens te zitten, één van hen kon een woordje Engels, de andere twee nauwelijks. De jongen naast wie ik zat was wel van me gecharmeerd en herhaalde steeds wat hij wel wist in het Engels: you beautiful, Netherlands beautiful, football good! Goed gesprek dus, lekker kort! Op het eind gaf hij me wel zijn gigantische mannelijke armband. Was toch wel lief van hem :) Bart was aan de praat geraakt met een politieagent en die begeleidde ons naar het hotel. We hadden in de bar al tegen die jongens gezegd dat Bart mijn partner was, tsja moet het niet hebben dat ze iets van me willen hoor. Die politieagent was alleen duidelijk meer van Bart gecharmeerd, dus toen hij zelfs mee het hotel in liep en mee de trap op wilde, heb ik op mijn beurt Bart maar beschermd en mijn arm om zijn middel geslagen en de politieagent gedag gezegd! Het was een mooie avond en heel leuk!!

De volgende ochtend bezochten we het klooster van Sakya. Na alle kloosters was deze toch weer anders en ik vond het echt wel weer interessant. De monniken lopen hier rond in donkergele gewaden in plaats van de gebruikelijke rode gewaden van de Gelupgaorde. Sakya is een van de vijf hoofdscholen binnen het Tibetaanse boeddhisme, naast nyingma, kagyü, gelug en jonang. En de geestelijk leider is de Sakya Trizin, echt zoek hem op met Google want ik ben ervan overtuigd dat het stiekem een vrouw is ;) In tegenstelling tot de andere scholen wordt het leiderschap van vader op zoon overgeleverd en dat betekend dat ze dus gewoon mogen trouwen. Verder is de bibliotheek van dit klooster heel bijzonder. Duizenden boeddhistische teksten liggen opgeslagen tegen de wanden. Soms steekt er een boek uit en dat zou betekenen dat er een natuurramp op komst is. Maar hoe, wat, waar en wanneer blijft dan nog een vraagteken… Ook konden we getuige zijn van een monnik die op een soort heilige schelp ging blazen. En verder was het ‘nationale verfdag’. Vanaf de muren van het klooster konden we mensen verf zien maken en stonden ze flink te roeren, er was een man met een soort spuitbus de muren rood aan het verven zonder al te veel oog voor detail, en van bovenaf hingen mensen aan touwen over de kloostermuren heen en goten zo de verf over de muur naar beneden. Misschien niet op z’n mooist, maar denk wel de snelste manier van verven. Na het klooster maakte Anke en ik een wandeling door het oude gedeelte van de stad en ook hier was de bevolking druk in de weer met het verven van de buitenmuren van hun huis.
Na de lunch reden we door naar Shegar (3800 m), alleen voor de overnachting. We passeerden wel nog even de hoogste pas van de reis: de Gyatso-la (5220 m). Behalve dat hij hoog is, was er verder niet heel veel bijzonders aan.

Rongbuk (4980 m) en de Mount Everest
Jajaja we begonnen aan de busreis over een enorme slingerweg, door het desolate landschap op weg naar de Mount Everest! Ook één van de hoogtepunten van de reis, letterlijk en figuurlijk! Het is de hoogste berg van de wereld en is 8848 meter hoog. Vanaf een bergpas die we met de bus passeerden, konden we mooi een groot deel van de Himalaya zien liggen en dus ook de Mount Everest!

In Rongbuk hadden we een eenvoudig guesthouse, er was geen wasgelegenheid en we moesten met z’n vieren op een kamer. Dorien had de indeling gemaakt om ruzie van de schoolkinderen te voorkomen ;) Ik sliep gezellig met Anke, Jos en Carola op de kamer. In de middag begonnen we aan de wandeling naar het Everest Base Camp. In ongeveer anderhalf uur liepen we naar het op 5200 meter hoogte gelegen kamp. En wauw wat was het prachtig! De hemel was helder, de zon scheen, echt genieten! De hele wandeltocht was al genieten, zo mooi! Daarna goed ingepakt vanuit het restaurant genieten van de zonsondergang en van ellende, omdat het zo koud is, ga je maar gewoon naar bed. In de nacht bleek echter dat we niet met z’n vieren, maar met z’n vijven waren. We hadden een muisje als kamergenoot erbij en die ritselde er heftig op los. Ik lag in mijn slaapzak met mijn thermo-ondergoed, pyjama en trui aan, warm waterkruik erbij en nog twee dekens bovenop me en was dus niet van plan om uit mijn knusse holletje te komen om hem te verjagen. Heb wel gauw even mijn tas dichtgeritst, want daarin zaten nog gesuikerde pinda’s, had hij vast lekker gevonden!

De volgende ochtend heeft Bart zich voor de groep opgeworpen om foto’s van het vroege ochtendlicht te maken. Mij niet gezien, veel te koud. Ben er toch achter gekomen dat ik daar niet op gemaakt ben hoor… Geef mij maar een tropisch eiland om op te wonen! Op de heenweg waren er wel wat wolkjes in de lucht toen we over de bergpas gingen, maar op de terugweg was het helemaal helder en hebben we dus alle foto’s nog eens opnieuw gemaakt ;) Nu konden we ook alle bergreuzen de Mount Everest, Lhotse, Makalu en Cho Oyu zien. Vet gaaf! We reden naar Shigatse om daar te overnachten en ik had goede hoop op een warme douche. Je snapt het al, de douche werd niet warm hoe lang ik hem ook aan liet staan…

De dag erop was een lange dag in de bus terug naar Lhasa. We hebben voor de laatste keer kunnen genieten van het onbeschrijflijk mooie landschap dat Tibet heeft. Kwamen nog langs een meer met gele bomen ernaast die voor een mooi contrast zorgden. Terug in Lhasa ben ik met Anke nog naar het Barkhor plein geweest om nog voor de laatste keer te genieten van de Tibetanen, met hun kleurrijke klederdracht en karakteristieke koppen. Hier stond ik nog even van dichtbij de prostrerende mensen te bestuderen, toen ik plots werd uitgenodigd om op een leeg kleedje plaats te nemen en ook te gaan prostreren. Dat is nog niet zo gemakkelijk als je denkt, ik werd gecorrigeerd over hoe ik mijn handen moest houden en moest de juiste houding aannemen. Toch leuk zoiets! Nog een laatste keer eten bij ons favoriete restaurantje in Lhasa en toen zat de reis er echt bijna op. De volgende dag werden we door Kelsang en Pubu afgezet op het vliegveld. Bij het afscheid van Pubu heb ik hem die armband gegeven, die ik van die jongen in de karaoke-bar had gehad. Hij deed hem om, dus ik hoop dat hij er wel blij mee is! Pubu en Kelsang moesten nog wachten tot we helemaal door de controles heen waren en we bij de gate op het boarden zaten te wachten, voordat ze mochten gaan. Gekke Chinese regels! Ook was er gedurende de hele reis een politieagent genaamd Solang bij ons, het was een Tibetaan en geen Chinees en dat zorgde dus voor een goede in plaats van misschien toch enigszins gespannen sfeer. Het was een aardige kerel, maar bij de hotsprings zat hij wel regelmatig te gluren!

Terug in Kathmandu
Na een goede vlucht met mooie vergezichten kwamen we weer terug in Kathmandu. Die avond hebben we nog genoten van een laatste avondmaal samen. Jan B, de oudste van de groep (72 jaar) speechte namens ons allemaal en bedankte Dorien voor al haar inspanningen en werk. Rond 5 uur in de ochtend werd de groep opgehaald en naar het vliegveld gebracht, ik ben opgestaan om ze uit te zwaaien en een laatste knuffel te geven. Helaas kon ik daarna niet echt meer slapen… Kathy en Rembert hadden later die dag een vlucht terug en daarom hebben we samen nog Swayambunath bezocht, de ‘monkey-temple’ van Kathmandu. Na een mooie wandeling door de oude straatjes van Kathmandu, waar we langs een markt kwamen, slagers aan het werk zagen met hier en daar een onthoofde geit en allerlei festiviteiten rondom het Daishin festival konden aanschouwen, mochten we beginnen aan een fikse klim. Apen ontwijkend, gingen we al hijgend en zwetend de steile trap op, maar het resultaat mocht er wezen. Een mooie stupa en een mooi uitzicht! Bijzonder aan deze plek is dat het boeddhisme en het hindoeïsme naast elkaar bestaan. Die dag hebben we ook nog afscheid van Bart en Paul genomen, want die vlogen door naar Thailand. En toen was het dan ook echt tijd om afscheid van Rembert en Kathy te nemen. Bijzonder dat je in een korte tijd een speciale connectie kunt hebben met iemand en het afscheid viel me ook enigszins zwaar, met een brok ik mijn keel heb ik ze uitgezwaaid.

Al met al was het een FANTASTISCH MOOIE reis! Heb ik mooie mensen ontmoet, zowel Nederlands als Tibetaans en Chinees. Ohh en Belgisch niet te vergeten ;) Wat een voorrecht en omringd te mogen zijn door zoveel lieve mensen. Iedereen enorm bedankt voor wat jullie als persoon toegevoegd hebben aan mijn reis. En Dorien en Pubu waren geweldige reisleiders! We hebben met ze geboft!

Veel liefs,

Carmen

Foto’s

1 Reactie

  1. Kees:
    6 januari 2016
    Hoi Carmen,
    Heb net uitgebreid jou reisblog gelezen. Hartstikke leuk gedaan. Kan ik tevens als leidraad bij mijn (nog te maken) foto album gebruiken, omdat ik in de loop van de tijd bepaalde details toch ga kwijtraken.. (wordt een dagje ouder...)
    Ook de foto's bekeken. Zitten er een aantal bij, die ik zou kunnen gebruiken voor mijn album, maar de resolutie van de foto's zijn te laag. Dat gaat dus niet lukken.
    Ben je het maandje klooster in Tibet goed doorgekomen?
    En nu, Inmiddels op de Galapagos eilanden aangekomen? Daar zou je toch in Januari kunnen beginnen. Of toch nog even tussendoor naar de oude roots... Tilburg...
    Carmen het gaat je goed, en natuurlijk de beste wensen voor 2016.
    Gr
    Kees.